Ik zit in het kerkje in Slins, een kleine dorpje in België. Mijn oom is overleden en hij is de laatste uit het gezin van mijn moeder.
Het is een bescheiden afscheidsdienst met ongeveer 40 aanwezige, het merendeel familie. De dienst is volledig Franstalig en door het melodisch uitspreken van gebeden weet ik waar we ongeveer zijn en prevel ik mee.
De pastoor die de dienst verzorgt doet me sterk denken aan mijn oom. Het zou hem zelfs kunnen zijn, hetzelfde fragiele postuur, lengte en leeftijd. Zijn stem klinkt zacht. Misschien kan hij door zijn hoge leeftijd geen volume meer maken. Hij loopt om de kist heen en zegent deze met wijwater. Hij wankelt en als hij zich staande probeert te houden draait hij half in mijn richting, zodat ik zijn silhouet van de zijkant zie. Aan zijn neus hangt een druppel die hij niet lijkt te voelen. Ontroerd en gefascineerd kijk ik er naar. Een klein glazen bolletje, transparant en breekbaar net als het leven zelf.
Op de begraafplaats wordt hij bijgezet in het graf waar ook zijn vrouw ligt. Na 30 jaar weer bij haar.
“Elle est parti de sa vie mais pas de son coeur”
Met zijn overlijden is een hele generatie gepasseerd. Het is nu aan ons, neven en nichten, om de volgende generaties te dragen. Zoals zo vaak op begrafenissen gebeurd beloven we om met elkaar in contact te blijven. Onze gezinnen trokken vroeger veel samen op en we delen vele leuke herinneringen. Ik meen het ook, want ik zal het missen.
En als ik wegga zie ik zijn 4 kinderen, 8 kleinkinderen en 5 achterkleinkinderen. Al deze levens zijn begonnen bij een man,
bijzonder dat je 97 jaar mocht worden.
“Le courage et la volonté étaient sa force”
12 december 2017